10 september
2003
Financieel
adviseur is onze levensader
Het gesol met de belangen van externe intermediaire dienstverleners moet
-met de komst van brancheorganisatie VEID -tot het verleden behoren. 'We
moeten gehoord worden, willen kwaliteit waarborgen en erkenning krijgen
voor de betrouwbaarheid die wij uitstralen', zegt Hans van Ommen, directeur
van Eurolloyd en interim-bestuurder van VEID.
Externe intermediaire dienstverleners bevinden zich in een bijzondere
positie binnen de bedrijfskolom van de verzekeringsbranche. Ze doen zaken
met tussenpersonen en hebben geen contact met de consument, tenzij dit
met de verzekeringsadviseur is overeengekomen, Brancheorganisaties als
NVA, NBVA en NVGA herkennen de specifieke belangen van deze groep niét
of nauwelijks.
'De zaken die deze verenigingen behartigen worden altijd bezien vanuit
het perspectief van consumentencontact' , zegt Van Ommen. 'Omdat externe
intermediaire specialisten dat niet hebben, worden wij bijvoorbeeld vergeten
in gesprekken met Het Verbond van Verzekeraars, de overheid, de wetgever
of uitvoerende instanties,'
Effe chekken...maar hoe?
Welke nare consequenties dat kan hebben, heeft het verleden uitgewezen,
Een enorme wildgroei, allerlei uitwassen en geen controle op dergelijke
bedrijven.
'Tussenpersonen kunnen tot nu toe nergens evenwichtig toetsen met wie
ze zakendoen. Geen enkele gedragscode of regeling is toegespitst op ons
soort bedrijven' , schetst Van Ommen. 'Wij konden het intermediair tot
nu toe geen enkel ijkpunt aanbieden! Dat is zo spijtig, omdat juist de
tussenpersoon voor ons soort bedrijven de levensader is.'
Openheld
Om het kaf van het koren te scheiden heeft de directeur van Eurolloyd
Verzekeringen samen met enkele collega's de Vakgroep Externe Intermediaire
Dienstverleners (VEID) opgericht.
De leden moeten zich straks onderwerpen aan:
Een gedragscode toegespitst op het feit dat de leden aantonen welke
toegevoegde waarde zij bieden aan het intermediair en diens klant.
Openheid over de activiteiten van de onderneming en over de financiële
stand van zaken (solvabiliteit en risicodekking).
Van Ommen: 'Het gaat erom dat iedere verzekeringsadviseur -alvorens hij
besluit om ergens verzekeringen voor zijn klanten af te sluiten voldoende
achtergrondinformatie kan inwinnen over een door hem gekozen beursmakelaar,
postenbank, gevolmachtigde of franchiseorganisatie, als die lid is van
VEID. En dat een adviseur ook begrijpt dat hij -als hij niét voor
een VEID-lid kiest -uitermate voorzichtig moet zijn bij zijn keuze.
Zijn financieel adviseurs in het verleden te gemakzuchtig geweest
in hun controle met wie ze zaken deden?
'Dat is geen gemakzucht geweest, maar het ontbrak gewoon aan de discipline
om daaraan te denken. Aan dit punt is voorheen nooit aandacht besteed
in cursussen en dergelijke.
'Wij leggen de lat zelfs hoger'
Daar komt nog bij dat ons soort bedrijven in de boek houding van een verzekeringsadviseur
gewoon in het lijstje 'crediteuren' staan. Daardoor kan een adviseur al
snel denken dat het met alle crediteuren wel goed zit.'
Zal door VEID de verzekeringswereld er over twee jaar anders uitzien?
'In het nieuwe wetsontwerp staat eigenlijk niets bijzonders. Als je je
vak de afgelopen jaren serieus hebt uitgeoefend, heb je niets te vrezen.
En dat geldt natuurlijk ook voor ons soort bedrijven. Feit is echter dat
de Wet financiële dienstverlening de eisen verscherpt en dat biedt
ons gelijktijdig de gelegenheid ons optimaal te profileren als VEID. Hier
en daar leggen wij de lat zelfs wat hoger. Waarom? Omdat de verzekeringsadviseur
dan zeker weet dat de leden van VEID zich willen onderscheiden van andere
aanbieders. Zelfdiscipline en inzichtelijkheid van geboden diensten vormen
de basis van die zekerheid.'
Hoeveel leden zal Veid binnenkort tellen?
'Van de 136 gevonden externe intermediairs hopen wij als interim bestuur
dat straks vijftig procent aan de gedragscode en eisen van Veid zal kunnen
voldoen.'
Betekent dat automatisch dat de andere helft een langzame dood sterft?
'Langzaam is te veel hoop, ik denk dat het heel snel gaat.'
.
|