actueel nieuws terug klik om pagina af te drukken

 

VVP: 1989

ASSURANTIE VAKONDERWIJS VERZWIJGT BLIJVENDE INVALIDITEIT DOOR ZIEKTE
MEER DAN 600.000 VERMISTEN BIJ SVV

Onderstaande publicatie verscheen op 20 december 1989 in VVP magazine en werd geschreven op verzoek van de redactie n.a.v. de openstelling van de Europese grenzen in 1992 voor de dienstverlenende sector. Door : H.B. van Ommen

Het assurantiewezen in Nederland is naar mijn stellige overtuiging de best georganiseerde, meest geavanceerde en goed functionerende assurantiebedrijfstak ter wereld.
Dank zij :
• het hoog gekwalificeerde vakonderwijs (S. V. V.).
• de activiteiten van N. V.A. en N.B.V.A.(bijscholing)
• het feit dat iedere solvabele verzekeraar zich in ons land kan vestigen
• de talrijke overlegstructuren tussen verzekeraars/assuradeuren onderling en met het intermediair
is er reeds vele jaren sprake van een uiterst actieve,concurrerende en innovatieve verzekeringsmarkt. Door gedegen vakkennis van het intermediair worden verzekeringsprodukten doorlopend getoetst aan de steeds veranderende maatstaven en normen.

In de ons omringende landen maakt men zich (terecht) grote zorgen over '1992'(openstelling dienstverlening in de Europese markt). Volstrekt ten onrechte bestaat er in ons land een vrees voor de gevolgen van '1992'.. Als men zich echter bedenkt dat wij in ons land al tientallen jaren gewend zijn aan de buitenlandse concurrentie, dan zal - zo verwacht ik - in Nederland niet echt veel veranderen. Dank zij de goede scholing van ons assurantie intermediair zijner in het Europa van 1992 uitermate goede mogelijkheden om in het buitenland goed te scoren: de consument is buiten de Benelux niet' gewend aan deskundige advisering door een onafhankelijke assurantieadviseur.

Het vakonderwijs
Toch wil ik langs deze weg een kritische kanttekening maken t.a.v. het vakonderwijs in Nederland. Doordat de innovatiekracht van het verzekeringsbedrijf in Nederland zo groot is, is het doorlopend noodzakelijk om het studiemateriaal aan te passen, dit ondanks het feit dat dit niet alleen een kostbare maar ook tijdrovende zaak is.
Alleen dan zal het hoge niveau van ons assurantieonderwijs gehandhaafd en verbeterd kunnen worden. De Stichting Vakontwikkeling Verzekeringsbedrijf kan in dit opzicht weinig anders doen dan het nauwkeurig volgen van de ontwikkelingen die zich op het gebied van de vernieuwingen voordoen: men loopt dus altijd achter de feiten aan. Dat kan ook niet anders!

Verbazingwekkend is het echter om te moeten vaststellen dat het studerende assurantie-intermediair opzettelijk belangrijke informatie wordt onthouden.
Willens en wetens wordt de student voorgehouden dat ongevallenverzekeringen het risico dekken van :
A: kapitaal bij overlijden
B: kapitaal bij blijvende invaliditeit
C: daguitkering bij tijdelijke invaliditeit
D: medische kosten

Vervolgens dat :
1. Levensverzekeringen onder meer het risico dekken dat iemand komt te overlijden door b. v. een ongeval of een ziekte! !
2. ???
3. Arbeidsongeschiktheidsverzekeringen dekking bieden tegen verlies aan inkomen bij ongeval en/of ziekte!!
4. Ziektekostenverzekeringen dekking bieden tegen de kosten in verband met medische behandelingen bij ongeval en/of ziekte! !

Een assurantieadviseur zal (juist. vanwege de goede opleiding die hij dank zij de S. V. V. mocht verkrijgen) zijn cliënten adviseren om bij voorkeur verzekeringen af te sluiten die zowel het ongevalrisico als het ziekterisico dekken.

Een assurantieadviseur die zich beperkt tot het advies dat de cliënt zich het beste alleen tegen een ongeval kan verzekeren zou m.i. ogenblikkelijk geschrapt moeten worden uit het S.E.R.-register.

Wel is het zo dat vele cliënten uiteindelijk vanwege de veel lagere kosten toch besluiten om het advies v m de assurantieadviseur naast zich neer te leggen. Zij sluiten dan vaak toch een ongevallenverzekering. Volgt de cliënt het advies van de assurantieadviseur wel op, dan lijn er talrijke varianten voor het afsluiten van levensverzekeringen, arbeidsongeschiktheidsverzekeringen en ziektekostenverzekeringen.

Dan blijft nog de vraag: hoe verzekeren wij het risico van blijvende invaliditeit? Dank zij het feit dat de SVV-CURSUS volhardt in de stelling dat blijvende invaliditeit valt binnen het kader van de ongevallenverzekering, wordt nog steeds volstrekt vergeten dat slechts 8% van de personen die momenteel blijvend invalide zijn, dit zijn geworden vanwege een ongeval.
92% van de meer dan 700.000 blijvend invalide inwoners in Nederland werden blijvend invalide als gevolg van:
1. een ziekte
2. een verkeerde of mislukte medische behandeling

In 1979 introduceerde onze vennootschap de eerste verzekering die het risico, van blijvende invaliditeit 'compleet' dekt. De verzekeringsvoorwaarden gaan uit, van een kapitaal dat uitgekeerd wordt bij blijvende invaliditeit veroorzaakt door:
• een ziekte,
• een ongeval
• een verkeerde of mislukte medische behandeling
• een combinatie van deze factoren

Voor het vaststellen van het recht op uitkering werd afgestapt van de ‘messenwerpersclausule’: de Gliedertaxe. Bij deze ontstellend verouderde bepaling weet noch de medisch adviseur, noch de consument." hoe een schade geregeld moet worden als er sprake is van een deelinvaliditeit. Mist men een hele :vinger: geen probleem. Echter: verliest men het functioneren van bepaalde zenuwbanen of gewrichten dan weet niemand waaraan men zich heeft te houden.
Ergernis alom en wat de consument daarvan moet denken laat zich raden. Zeer bewust werd bij de Carrière Stop Polis derhalve gezocht naar een controleerbare norm. Deze werd gevonden door het van toepassing verklaren van normen die inzake blijvende invaliditeit zijn vastgesteld door de wereldwijde organisatie van medische specialisten: the American Medical Association. Een groot voordeel hiervan is dat deze normen zo exact zijn dat er voor geen der partijen sprake kan zijn van marchanderen over de hoogte van de uitkering. De Gliedertaxe heeft immers bewezen hoe vaak marchanderen nodig is! !

Erkenning
In oktober 1989 verscheen de Consumenten Geld Gids waarin speciale aandacht aan het verzekeren van het risico van blijvende invaliditeit 'compleet' wordt gewijd. Na tien jaren dus juist van de zijde van de Consumentenbond (!) serieuze aandacht voor deze branche. Dat is een flinke erkenning. Talloze consumenten (en assurantieadviseurs) zijn nog steeds onwetend van de mogelijkheid Jat het risico van blijvende invaliditeit middels een kapitaal verzekerd kan worden met een 'complete' polis. Ook hier ligt ,een taak voor de Stichting Vakontwikkeling Verzekeringsbedrijf.

Het is zeer belangrijk dat er eindelijk een begin wordt gemaakt met het aanpassen van de voorlichting die studerende assurantieadviseurs krijgen. Vanzelfsprekend heeft onze vennootschap in de afgelopen jaren veel voorlichtingsmateriaal verzonden aan de 2500 met haar samen werkende assurantiekantoren.
Toch is het bedroevend om te moeten vaststellen dat er dagelijks brieven door ons worden ontvangen waarin wordt verwezen naar:
'het bijgaande aanvraagformulier inzake arbeidsongeschiktheidsverzekering'.
Aan onze voorlichting is dit niet te wijten. Wel is dit te wijten aan hét feit dat iedere assurantieadviseur vanaf het prille begin wordt voorgehouden dat waar er sprake is van ziekte, gedacht moet worden aan de arbeidsongeschiktheidsbranche.
Inmiddels zijn er ook verzekeraars die de uitkering van een kapitaal verzekeren op basis van begrippen als: beroepsinvaliditeit, blijvende arbeidsongeschiktheid en dergelijke. Blijkt dat verzekeraars kunnen vaststellen dat de cliënt niet meer in staat is om minimaal 20% inkomen te verwerven in de toekomst, dan ontstaat er een recht op uitkering. Deze norm is niet te controleren: rond begrippen als beroepsinvaliditeit dan wel blijvende arbeidsongeschiktheid bestaan net zoveel meningen als er deskundigen zijn.

Vast staat overigens dat iemand wel degelijk 100% blijvend invalide kan zijn, 'doch tegelijkertijd volstrekt niet in aanmerking komt voor een uitkering wegens arbeidsongeschiktheid. Omgekeerd is het onwaarschijnlijk dat iemand wel blijvend arbeidsongeschikt is, doch in het geheel geen blijvende invaliditeit moet ondervinden: blijvende arbeidsongeschiktheid vloeit immers voort uit blijvende invaliditeit.

Met betrekking tot blijvende invaliditeit veroorzaakt door 'derden' wil ik graag nog het volgende opmerken: De meeste consumenten denken nog steeds dat men
van een ander schadevergoeding kan verkrijgen als blijvende invaliditeit ontstaat door:
1. een ongeval waarvoor een ander aansprakelijk is.
2. een medische fout gemaakt tijdens een behandeling wegens ongeval of ziekte,waarvoor de medicus of het ziekenhuis aansprakelijk is.
Dit is een wel zeer primitieve gedachte en het enige dat hierover gesteld kan worden: het is een prettig gevoel te denken dat een ander aansprakelijk gesteld kan worden in zulke gevallen.

Helaas blijft het daarbij: een geruststellende gedachte.
Wie zich eens laat informeren omtrent de lijdensweg die men moet doormaken teneinde schadevergoeding van enige omvang te verkrijgen van een aansprakelijke derde, komt tot de conclusie dat het beter is om zelf zorg te dragen voor een verzekering met voldoende verzekerd kapitaal.

Verzekerd van onzekerheid
Het is dus volstrekte onzin om ook maar de geringste zekerheid te gevoelen als men afhankelijk is van een uitkering via Wettelijke Aansprakelijkheid. Binnen het kader van Wettelijke Aansprakelijkheid valt dit probleem ook niet op te lossen. Het scheppen van een gevoel van zekerheid binnen het kader van Wettelijke Aansprakelijkheid is dus in feite een sprookje. Aan de consument is dus mijn advies om {bij welke verzekeraar dan ook) particulier een kapitaal blijvende invaliditeit/overlijden te verzekeren.
Dat schept duidelijkheid en grote zekerheid: de zekerheid dat men van een ander geen enkele financiële genoegdoening hoeft te verwachten en dat is meer zekerheid dan men thans lijkt te hebben. Alleen een kapitaal waarvan men zelf de hoogte heeft bepaald, is een goede basis voor een alternatieve planning als je carrière stopt en je inkomen is bevroren op 70%.

En daarmee is tevens duidelijk dat de Carrière Stop Polis een heel ander doel heeft dan de arbeidsongeschiktheidsverzekering. In praktische zin komt het erop neer dat men met een uitkering van de Carrière Stop Polis instaat wordt gesteld om zelf weer voor inkomen uit (aangepaste) arbeid zorg te dragen. De inkomenssituatie en de groei daarvan kan dan vrij snel resulteren in beëindiging van de uitkering die men van de arbeidsongeschiktheidsverzekeraar ontvangt. Lukt het niet meer om inkomen uit arbeid te verwerven op basis van de verruimde financiële situatie (uitkering kapitaal), dan kan in ieder geval bereikt worden dat het inkomen in feite stijgt als gevolg van het ontbreken van aftrekposten wegens rente op schulden e.d. Dergelijke schulden kunnen immers middels het kapitaal geheel of gedeeltelijk afgelost worden, want de uitkering van het kapitaal is (doorgaans) fiscaal niet belast.

Wellicht is de SVV. bereid om haar studenten niet langer essentiële informatie te onthouden. Informatie over het verzekeren van een kapitaal bij blijvende invaliditeit door ziekte, ongeval en/of medische fouten. Daarbij hoort vanzelfsprekend goede gedegen voorlichting omtrent schadetaxatie, uitkeringsrechten etc.
600.000 vermisten is toch echt te veel !!

.