actueel nieuws terug klik om pagina af te drukken

 

Verzekeringsblad: 15 september 2005

 

door Harry Breugelink
assurantieadviseur en journalist,

Eurolloyd introduceerde onlangs de Evenementen Pakketpolis, die onder meer het veelbesproken risico van verkeersregelaars dekt

Regeling verkeersregelaars: Juridische valkuil voor evenementen organisator en tussenpersoon

Op grond van een op 31 augustus 1999 ingevoerde wijziging in het Reglement verkeersregels en verkeerstekens (RW) en het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) mogen inmiddels ook anderen dan de politie officieel het verkeer regelen; tenminste als zij daar een speciale opleiding voor volgen en de organisator de wettelijk verplichte verzekeringen op orde heeft. Juist deze goedbedoelde verzekeringsplicht zorgt in de praktijk voor grote problemen.

Omdat de politie zich van de politiek steeds meermoet richten op haar kerntaken worden bepaalde taken afgestoten. Een van die taken is het regelen van het verkeer tijdens het vervoer van exceptionele transporten en bij (sport)evenementen. Zware transporten worden inmiddels begeleiddoor daartoe gespecialiseerde bedrijven. De medewerkers van deze bedrijven doen dit werk dagelijks en .landelijk.

Daarom moeten zij een speciale theoretisch een praktische opleiding volgen. Daarna ontvangen zij een aanstellingscertificaat waarin de geldigheidsduur wordt vermeld. Bij sport- en andere evenementen is het soms ook noodzakelijk dat het verkeer in goede banen wordt geleid. In dat geval zal de gemeente die de vergunning moet verstrekken eisen dat er tijdens de duur van het evenement verkeersregelaars worden opgeleid en aangesteld. In tegenstelling tot de beroepsmatige transportbegeleiders is de opleiding een korte éénmalige instructie door de lokale politie en is de aanstelling slechts geldig voor de duur van dat ene evenement.

Verzekeringsplicht
Omdat de overheid met name de vrijwilligers die dit werk doen graag een extra bescherming mee wilde geven werd in paragraaf 3 artikel 7 (zie kader) een verzekeringsplicht opgenomen waaraan de organisator moet voldoen. Deze verzekeringsplicht geldt daardoor dus ook voor de beroepsmatige verkeersregelaars. Kort samengevat komt het erop neer dat de organisator een aansprakelijkheidsverzekering voor bedrijven (AVE) moet afsluiten plus een aanvullende personen- en zaakschadeverzekering. Voor bedrijven die professionele verkeersregelaars in loondienst hebben Zou het geen probleem mogen zijn om de juiste verzekeringen af te sluiten. Toch blijkt dit niet eenvoudig omdat in de praktijk -op een enkele uitzondering na - de meeste verzekeraars het regelen van het verkeer door deze door de overheid erkende profs niet willen verzekeren op de AVE. Het afgedekt krijgen van de personenschade die de regelaar kan overkomen is, doordat het hier doorgaans werknemers van een bedrijf betreft, gelukkig geen probleem.

Verenigingen
Dat is wel een probleem voor evenementenorganisatoren. De meeste organisatoren van evenementen waarbij verkeersregelaars moeten worden ingezet zijn sportclubs. Denk hierbij aan het begeleiden van wielerrondes of marathons waarbij kruisingen worden afgezet door (op de motor rijdende) verkeersregelaars. Maar ook bij voetbalwedstrijden en de TT in Assen worden op grote schaal verkeersregelaars ingezet om de toestroom van het bezoekersverkeer in goede banen te leiden. Een vereniging heeft doorgaans wel een AVE, maar niet iedere AVE is de juiste. Want doordat er door het aanstellen van verkeersregelaars automatisch een gezagsverhouding tussen het verenigingsbestuur en de verkeersregelaar ontstaat, zal zo’n AVB ook de werkgeversaansprakelijkheid moeten afdekken. Er worden echter nog steeds AVB's gesloten bij verenigingen die deze noodzakelijke dekking niet bieden. Dat komt omdat sommige verzekeringsadviseurs zich niet realiseren dat er bij een vereniging -die geen mensen op de loonlijst heeft staan -toch sprake kan zijn van werkgeversaansprakelijkheid. Dit risico is overigens niet alleen aanwezig bij het aanstellen van verkeersregelaars maar kan bijvoorbeeld ook ontstaan als een vrijwilliger schade oploopt tijdens het uitoefenen van zijn bardienst in de kantine. Duidelijke jurisprudentie hierover is inmiddels beschikbaar. Daarom doet een assurantieadviseur er verstandig aan om altijd de rubriek werkgeversaansprakelijkheid mee te laten verzekeren op de AVE van een vereniging of stichting.

3 artikel 7:

  • Verkeersregelaars dienen voor de duur van hun aanstelling verzekerd te zijn tegen wettelijke aansprakelijkheid tot een bedrag, dat ten minste even hoog is als de som waarvoor de wettelijke aansprakelijkheidsverzekering, bedoelt in de Wet aansprakelijkheid motorrijtuigen (WAM) ten minste moet zijn gesloten.
  • Verkeersregelaars die niet als zelfstandige werkzaam zijn, dienen voor de duur van hun aanstelling bovendien verzekerd te zijn tegen persoonsschade en zaakschade tengevolge van ongevallen welke hen mochten overkomen tijdens de daadwerkelijke uitoefening van hun taak en tijdens het rechtstreeks gaan en komen van de plaats waar zij hun taak uitoefenen. De bedragen waarvoor de verzekering is gesloten dienen ten minste gelijk te zijn aan de bedragen waarvoor gangbare ongevallenverzekeringen zijn gesloten.
  • Verkeersregelaars die als vrijwilliger optreden, dienen voor de duur van hun aanstelling bovendien verzekerd te zijn voor de kosten voor noodzakelijke huishoudelijke hulp.
  • Op vergoeding krachtens de in het eerste tot en met het derde lid bedoelde verzekeringen dient aanspraak te kunnen worden gemaakt ook voor zover aanspraak op vergoeding bestaat of kan worden gemaakt krachtens een andere verzekering, al dan niet van oudere datum.
  • Het afsluiten van de in het eerste tot en met derde lid bedoelde verzekeringen geschiedt door en op kosten van de natuurlijke of rechtspersoon namens wie of ten behoeve van wie de verkeersregelaar wordt ingezet.

Personenschade
Toch is de AVE niet het probleem. Want een goede AVB is wel te koop. De door de wetgever geëiste personenschadeverzekering is echter niet te koop! Bovendien blijken veel bemiddelaars niet altijd even goed op de hoogte van de geldende wetgeving, waardoor men dikwijls de wel in de markt verkrijgbare ongevallenverzekering ten
onrechte als een oplossing voor dit probleem aan de organisatoren verkoopt. Helaas biedt een reguliere ongevallenverzekering niet de dekking zoals deze in § 3 artikel 7 van de Regeling verkeersregelaars wordt voorgeschreven. Enerzijds omdat deze verzekeringsvorm alleen uitkeert bij blijvende invaliditeit en dus de kosten die het
gevolg zijn van een tijdelijke invaliditeit niet vergoedt. terwijl de wetgever dit onderscheid niet maakt! Anderzijds omdat het maximaal te verzekeren bedrag veelal niet toereikend is. Want onder het begrip personenschade vallen niet alleen de directe medische kosten maar ook de inkomstenderving -soms over een reeks van jaren -en een eventuele smartengelduitkering. Daarbij zal de voorgenomen Wet inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) hoogstwaarschijnlijk ook voor meer aansprakelijkheidsstellingen en inkomstendervingclaims gaan zorgen dan nu het geval is.

Onduidelijkheid troef
Het bedrag voor de aansprakelijkheidsdekking wordt door het refereren aan het in de WAM bepaalde bedrag duidelijk door de wetgever aangegeven. Ten aanzien van het verzekerde bedrag voor de personenschade is het een en ander behoorlijk onduidelijk. Er wordt verwezen naar de bedragen van gangbare ongevallenverzekeringen.
Maar wat is gangbaar? En welke ongevallenpolis is hiervoor de maatstaf? Zoals hierboven reeds vermeld bieden ongevallenverzekeringen alleen dekking bij blijvende invaliditeit. Terwijl ook financiële gevolgen door. een tijdelijke invaliditeit onder het begrip personenschade vallen. Daarnaast wordt de schadebij een reguliere ongevallenverzekering afgewikkeld op basis van de in de polisvoorwaarden opgenomen ongevallentabel (Gliedertax). Waardoor de schade-uitkering in geen enkele relatie staat met de werkelijk geleden schade. Deze onduidelijke wettekst is in ieder geval goed voor jaren procederen over de hoogte van een eventuele schadeclaim. Iets wat mijns inziens niet de bedoeling van deze wetgeving kan zijn. Het noemen van een concreet bedrag verdient dan ook duidelijk de voorkeur.

Verkeerde voorlichting
Het probleem wordt nog groter doordat de evenementenorganisatoren voor de verplichte verzekering worden doorverwezen naar de Stichting Verkeersbrigadiers. die vervolgens een ongevallenverzekering met een maximum verzekerd bedrag van 45.378 aanbiedt
van Centraal Beheer. Deze verzekering dekt geen aansprakelijkheid en voldoet daardoor niet aan hetgeen in § 3 artikel 7 lid 1 van de regeling is bepaald. Wel wordt er door de Stichting Verkeersbrigadiers sinds kort geadviseerd om naast de door hen aangeboden verzekering een aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten. Bovendien is er een door de overheid gesubsidieerde folder in omloop die is uitgegeven door het Provinciaal Overlegorgaan Verkeersveiligheid Zuid Holland (POV-ZH) waarin letterlijk staat: "De enige voor de politie acceptabele verzekering voor verkeersregelaars is af te sluiten bij de Stichting Verkeersbrigadiers". Hiermee wordt ten onrechte de indruk gewekt dat deze verzekering de dekking biedt zoals de wetgever dat van de organisator eist en worden de organisator en zijn bestuur - die veelal geen verzekeringsdeskundigen zijn -in feite verkeerd voorgelicht.

Slachtoffers
De gevolgen van deze foute voorlichting komen echter niet voor rekening van de Stichting Verkeersbrigadiers. POV-ZH of de politie, maar voor de organiserende vereniging. Want als er wat mis gaat zal een eventueel slachtoffer uiteraard de vereniging aansprakelijk stellen. Indien de door de vereniging gesloten verzekeringen de schade vervolgens niet dekken. terwijl dit wel het geval zou zijn geweest als de vereniging de wettelijk verplichte verkeersregelaars verzekeringen had afgesloten. dan is men niet alleen aansprakelijk. maar kan het slachtoffer het bestuur -dat hiervoor verantwoordelijk is -met succes onbehoorlijk bestuur verwijten. Een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering zal hen niet helpen omdat hierop 'het niet op orde hebben van een deugdelijk zerzekeringspakket. standaard uitgesloten is. Waardoor de bestuursleden zelfs in privé aansprakelijk kunnen worden gesteld. Wat zeker bij een schade met blijvende invaliditeit desastreuze gevolgen voor deze bestuurders kan hebben. Wat dikwijls vergeten wordt. is dat ook deze bestuursleden gewoon hard werkende vrijwilligers zijn die hun inspanningen gratis verrichten in het belang van hun vereniging.

Dit zwaard van Damocles hangt al ruim vijf jaar boven de hoofden van deze bestuursleden en ondanks een stevige lobby van NOC*NSE die reeds vier jaar geleden werd ingezet. is er doofde ambtenaren bij Verkeer en Waterstaat nog steeds niets concreets aan dit probleem gedaan. In maart 2005 werd tijdens de presentatie in het Haagse Nieuwspoort van het door de werkgroep Atsma in opdracht van NOC*NSF gemaakte rapport 'Minder regels. meer sport. het 'verkeersregelaars verzekeringsprobleem. Nogmaals aan de daar aanwezige Kamerleden bekendgemaakt. NOC*NSF pleit dan ook voor het schrappen van deze verzekeringsplicht. Want pas dan kunnen de bestuurders evenementen organiseren zonder dat men het risico loopt om in privé aansprakelijk te worden gesteld.

Het Verbond
Dit standpunt van NOC*NSF wordt gesteund door het Verbond van Verzekeraars. Mr. H.L. Mulder. aansprakelijkheidsspecialist van Het Verbond. stelt dat momenteel geen enkele bedrijfstak wettelijk verplicht wordt om dit soort verzekeringen af te sluiten. Daarnaast stelt het Verbond dat Verkeer en Waterstaat te veel wil afdekken dat reeds op andere verzekeringen is afgedekt. Zo is de schade die de verkeersregelaar oploopt als hij door een motorvoertuig wordt aangereden reeds gedekt op de wettelijk verplichte WAM verzekering eh als de betrokken bestuurder niet te achterhalen is. is er het Waarborgfonds.

Nagenoeg iedereen is voor ziektekosten verzekerd en als de organiserende vereniging een goede AVB met een de~~oor de werkgeversaansprakelijkheid afsluit, kan er volgens Herman Mulder niet al te veel meer mis gaan. Ook dit standpunt van de aansprakelijkheidsspecialist van Het Verbond is al medio december 2004 aan het
Ministerie van Verkeer en Waterstaat bekendgemaakt.

Tot nu toe echter zonder resultaat.

Harry Breugelink

 

.